Het geweten van Shell

Politiek correct ondernemen in de jaren negentig

Gepubliceerd in Inzet, juli 1998


'Ik zeg u dat wij Wereldbankstandaarden naleven in Tsjaad. En als u iets vindt wat u niet zint, dan komt u maar.' Dat zei de directeur van Shell-Tsjaad kort geleden tegen Milieudefensie. Multinationals bekeren zich massaal tot oprecht ondernemen. Het is niet langer het imago van het product dat telt, maar het imago van fatsoenlijke bedrijfsvoering. Een ethisch reveil of een inhoudsloze facelift?

"Zorg dat uw bedrijf een gedragscode heeft. Met een standpunt over kinderarbeid, veiligheid op het werk en minimumloon." Een consultantbureau in de Verenigde Staten ontwierp een speciale handleiding voor multinationale bedrijven. De beste manier om confrontaties met actiegroepen uit de weg te gaan, is ze een stap voor te blijven. De tips geven geen garanties, maar moeten de schade van een boycotcampagne zoveel mogelijk beperken.

De gedragscode als wapen tegen actiegroepen. Boycotcampagnes zijn inmiddels ook in Nederland erkend als een serieus bedrijfsrisico. Dat lag tien jaar geleden heel anders. Toen kon de oliemagnaat Shell zich nog permiteren acties tegen de apartheid in Zuid Afrika totaal te negeren. Intern maakte de oliegigant zich wel degelijk zorgen. De eigen beveiligingsdienst werd uitgebreid met het voormalig hoofd van de politieke inlichtingendienst, weggekocht bij de Amsterdamse politie. Hij kon altijd een beroep doen op zijn ex-collega's en de BVD bij het in kaart brengen van slangensnijders, brandstichters en minder radicale belangengroepen. Naar buiten toe hield Shell de schijn op dat de anti-apartheidcampagnes het bedrijf geen navenante schade toebrachten. Verder bleef men hooghartig zwijgen.
De grote ommekeer voor Shell kwam met de Brent Spar. Een actie van Greenpeace tegen de dumping van dit olieplatform in de Atlantische oceaan was onverwacht succesvol. Autobezitter besloten en masse de benzinestations van Shell te boycotten. Shell voelde voor het eerst de macht van de markt, en boog het hoofd. En daar bleef het niet bij. De executie van oppostie-leiders in Nigeria vanwege hun verzet tegen de milieurampen die Shell aanricht in Ogoni-land veroorzaakte een storm van kritiek. De nauwe samenwerking van Shell met het militaire regime kwam zwaar onder vuur te liggen. De oliegigant koos voor een nieuw taktiek en ging in de aanval. President-directeur Cor Herkströter nam het voortouw in de discussie over politiek correct ondernemen. Bij de aandeelhoudersvergadering in 1996 presenteerde hij de geheel vernieuwde business principles van Shell, een heuse gedragscode mèt aandacht voor mensenrechten.

Imago

'De sitatie in Ogoni-land is niet verbeterd sinds Ken Saro-Wiwa is opgehangen ruim twee jaar geleden,' zegt Irene Bloemink van Earth Alarm, het buitenlandproject van Milieudefensie, 'Integendeel, het gaat daar nu slechter dan ooit'. De mooie woorden van de oliegigant worden bij Earth Alarm met argwaan bekeken. Bloemink: 'Vooral in de communicatie is veel veranderd. Ze letten nu veel beter op hoe ze naar buiten treden. Maar dat is vooral gericht op de consumenten hier, in de Westerse wereld.
'In Nigeria zijn begin dit jaar tientallen mensen gearresteerd. Door een speciale militaire eenheid die is opgericht met de woorden: "anders komt Shell nooit terug in Ogoni-land". Dat toont toch een zekere betrokkenheid aan. Desondanks doet Shell niets om de arrestatiegolf te stoppen.'

Het aannemen van een gedragscode is niet genoeg. Het gaat om de uitvoering en de controle daar op. Bij Shell is op geen enkele manier inzichtelijk gemaakt hoe ze hun goede voornemens in praktijk willen brengen. Bloemink: 'Waar het aan ontbreekt is een onafhankelijke instelling die de gedragscode kan checken. Een paar weken geleden heeft de VN-rapporteur voor de mensenrechten nog voorgesteld om een onafhankelijke commissie naar Nigeria te sturen, speciaal om de gevolgen van de aanwezigheid van Shell te onderzoeken. Maar die komen het land niet in, net als een groep waarnemers uit de Verenigde Staten kort geleden. Dat maakt het voor Shell wel heel makkelijk om te zeggen dat ze voor onafhankelijke monitoring zijn.'

Ook op milieugebied blijft het bij beloftes die vervangen worden door nieuwe beloftes. Neem het issue van het affakkelen van gas dat overblijft na oliewinning. Shell heeft op de aandeelhoudersvergadering in 1996 beloofd dat er in Nigeria een fabriek gebouwd zou worden om dat gas te winnen als energiebron, al in 1998 zou er 40 procent minder afgefakkeld worden. Bloemink: 'Vorig jaar heb ik er op de aandeelhoudersvergadering weer naar gevraagd, en werd de belofte herhaald. Maar kort geleden heeft een ANP-journalist er nog eens naar geïnformeerd en die kreeg te horen dat zoiets nooit was toegezegd. Nu is de belofte dat het in 2008 helemaal afgelopen is.'

Schone kleren

Ook in de kleding- en sportgoederenindustrie is de invoering van gedragscodes de laatste jaren een hot item, vooral onder invloed van campagnes van aktiegroepen. Ineke Zeldenrust is namens de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) nauw betrokken bij onderhandelingen tussen het Schone Kleren Overleg en grote bedrijven. Zeldenrust legt uit dat de campagnes voor gedragscodes teruggrijpen op normen die de Verenigde Naties al in de jaren zeventig heeft opgesteld. Toen waren het overheden die probeerden multinationals gedragscodes op te leggen. Dat gebeurde vanuit de gedachte dat ontwikkelingshulp de derde wereld er bovenop zou helpen, als multinationals zich een beetje zouden gedragen. Tegenwoordig is het de economie die als motor van de ontwikkeling centraal staat. Ineke Zeldenrust: 'Die gedragscodes van toen zijn ontzettend goede teksten, de eisen gaan veel verder dan vandaag de dag. In vergelijking daarmee stelt de gedragscode die Shell nu heeft gepresenteerd helemaal niets voor.'
De regelgeving van de VN op gebied van arbeid, milieu en mensenrechten is helaas nooit uit de conceptfase gekomen. Het is aan de sterke lobby uit het bedrijfsleven te wijten dat de verplichte invoering is mislukt. Vrijwillig zijn er maar heel weinig bedrijven bereid mee te werken. Op de evaluatie van de Unced-conferentie in Rio de Janeiro onlangs bleek dat geen van de bedrijven zich aan de afgesproken milieu-principes had gehouden.
'Zonder druk op de ketel gebeurt er niks' zegt Ineke Zeldenrust, 'Natuurlijk moet je gebruik maken van de ruimte die je maatschappelijk geboden wordt. Zes jaar geleden was ecologisch ondernemen in, nu is het de ethiek van de bedrijfsvoering. Tegelijkertijd is het een kwestie van volhouden. Campagnes zorgen ervoor dat bedrijven die het meest onder vuur hebben gelegen zoals Nike en Reebok, uiteindelijk het voortouw nemen. En die slepen anderen weer mee.'

Nike en Reebok strijden nu om de titel van het bedrijf dat het meest zijn best doet. Inzet zijn de levensomstandigheden van hun arbeiders in de derde wereld. Uit de gedragscode van Nike: 'We proberen daarbij niet alleen dat te doen wat gevraagd wordt, maar waar mogelijk ook dat wat verwacht wordt van een leider. There is no finish line.'
Ineke Zeldenrust: 'Bij Nike heeft het jaren gekost om weg te komen bij de PR-afdeling en de issue-manager die het helemaal met je eens is en er verder ook niks aan kan doen. Het is geen communicatieprobleem, het is een productieprobleem. Als je de decision-makers niet te spreken krijgt, moet je op gegeven moment ophouden met praten.'

Tribunaal

De afgelopen jaren zijn er ook elders in Europa Schone Kleren Kampagnes gestart. De verschillende groepen houden via Internet intensief contact over akties in eigen land, maar proberen ook op Europees niveau druk uit te oefenen. Zo werden in mei van dit jaar de praktijken van een aantal bedrijven voorgelegd aan het Permanent Peoples' Tribunal in Brussel. Ineke Zeldenrust: 'Het Tribunaal bestaat uit een lijst van heel bekende namen uit de wereld van mensenrechten en cultuur, mensen als Eduardo Galeano. Het is opgericht in de tijd van de Vietnamoorlog, in de geest van het Russel-tribunaal. Het Permanent Peoples' Tribunaal houdt sessies waarbij een jury van deskundigen, juristen en academici, een oordeel geeft over actuele kwesties. Aan zo'n oordeel is geen juridische uitspraak te ontlenen, maar het heeft wel een zekere status.
'De kwestie die wij aan het Tribunaal hebben voorgelegd is de vraag hoe de controle op de gedragscodes geregeld moet worden. Bedrijven gaan, weliswaar onder druk van akties, vrijwillig over tot het aannemen van gedragscodes. Met de toenemende globalisering neemt de rol van de staat steeds verder af. In hoeverre kun je bedrijven juridisch kan aanspreken op het niet-naleven van hun eigen gedragscodes?'
Van de zeven bedrijven, waaronder postorderbedrijf Otto en spijkerbroekenfabrikant Levi Strauss, die voor het Tribunaal moesten verschijnen is alleen het kledingbedrijf H&M komen opdagen. Voor ieder bedrijf heeft een aantal getuigen verklaringen afgelegd, meest werkneemsters en vakbondsmensen. Hun verhalen zijn gebundeld in rapportages.

Ineke Zeldenrust in niet ontevreden over de resultaten van het Tribunaal: 'Natuurlijk is het jammer dat er maar één bedrijf komt opdagen. Maar er zijn in totaal zo'n 300 mensen geweest, er was veel bedrijfsleven in de zaal. En de invloed van het Tribunaal reikt verder. Bijna alle gedaagde bedrijven hebben inmiddels een gedragscode.
'De jury heeft aangegeven dat er drie soorten rechtspraak zijn waar we iets mee kunnen doen. Je hebt als consument recht op een kwalitatief goed produkt. De manier waarop iets geproduceerd is, maakt deel uit van de intrensieke waarde van een produkt. Daarnaast biedt recente jurisprudentie nieuwe mogelijkheden. Analoog aan de uitspraak over seksueel misbruik op de Filippijnen waarvoor hièr iemand is veroordeeld, zou voor het schenden van mensenrechten in Bangla Desh bijvoorbeeld ook in Europa een bedrijf aangeklaagd kunnen worden.
Het Tribunaal deed als derde suggestie dat het niet-houden aan de eigen gedragscode opgevat kan worden als een vorm van het belazeren van de consument. Dat spreekt Ineke Zeldenrust het meest aan: 'Daarmee kun je de gedragscode als PR-stunt doorprikken. In de Verenigde Staten speelt nu een zaak tegen Nike waarbij het -in opdracht van Nike gemaakte- accountantsrapport gebruikt wordt om aan te tonen dat het bedrijf zich niet aan de eigen gedragscode houdt.'
Het Permanent People's Tribunal wil aan het eind van dit jaar weer een sessie houden.

Minimale variant

Na de invoering van een gedragscode bij multinationals volgt steevast een gevecht over de invoering en de controle op de handhaving. De nieuwste trend is nu het inhuren van accountants, Nike deed het met Ernest & Young, voor een onafhankelijk oordeel.
'Wie certificeert de controleur, dat wordt de discussie van de komende jaren,' zegt Ineke Zeldenrust, 'Het Schone Kleren Overleg streeft nu naar één code op Europees niveau op het gebied van kleding en sportgoederen, voor detailisten en producenten. Dat moet het voor bedrijven makkelijker maken om mee te doen. Het plan is de controle onder te brengen bij een stichting waarin alle partijen vertegenwoordigd zijn.
Niet alleen in de kledingbranche geldt dat de uitvoering moeilijk te controleren is. 'Iedere multinational probeert altijd weg te komen met een minimale variant,' concludeert Ineke Zeldenrust, 'Een Shell-directeur die nu roept dat de klant altijd gelijk heeft, is per definitie niet te vertrouwen'.

Het is de vraag of Shell echt heeft geleerd van de fouten in Nigeria. Bij een nieuw project in Tsjaad dat qua reikwijdte en mogelijke gevolgen vergelijkbaar is met Nigeria, lijkt het meteen weer fout te gaan. Shell wil samen met Exxon en Elf (met belangen van respectievelijk 40-40-20 procent) nieuwe olievelden aanboren in het arme en onstabiele zuiden van het land. De lokale bevolking kreeg pas te horen wat hen te wachten stond toen de invasie al was begonnen; de uitvoerders brachten hun boodschap naar de dorpen vergezeld door een groep zwaar bewapende militairen. De milieueffectenrapportage kwam begin dit jaar volgens Milieudefensie als mosterd na de maaltijd, de proefboringen waren al gestart, de contracten al getekend.

'Ik zeg u dat wij Wereldbankstandaarden naleven in Tsjaad. En als u iets vindt wat u niet zint, dan komt u maar." Dat zei de directeur van Shell-Tsjaad kort geleden tegen Milieudefensie. Irene Bloemink: 'Die uitspraak typeert de situatie waarin we terecht zijn gekomen: de bewijslast is omgekeerd. Dat betekent dat we continue achter Shell moeten aanhollen om te kijken of ze ergens iets verkeerd doen. In plaats van dat ze zich zelf verantwoordelijk voelen om het goed te doen.'


Evel