CS-gas is dodelijk

Duitse dienstplichtige sterft onder verdachte omstandigheden

Vertaling van een artikel in de TAZ-12 maart 1991, door Bettina Markmeyer,
Gepubliceerd in NN, 1991


Vijf jaar geleden stierf de dienstplichtige Frank Feldmann onder verdachte omstandigheden. Zijn ouders probeerden de ware toedracht te achterhalen, maar werden door de autoriteiten systematisch tegengewerkt. Verklaringen van getuigen bevestigen het vermoeden dat hij als gevolg van een CS-gas-oefening om het leven kwam. Een vergelijking met de zaak Hans Kok dringt zich op.

Liegen en bedriegen

Het zou zo'n duidelijk geval kunnen zijn. Een twintigjarige soldaat van de Bundeswehr sterft een paar uur naar een CS-gas- oefening in het ziekenhuis. Er wordt sektie verricht, de doodsoorzaak wordt vastgesteld. De ouders, die treuren om het verlies van hun enig kind, krijgen de waarheid te horen. In werkelijkheid ging het anders. Hoewel de dokter in het ziekenhuis St. Marien op de overlijdingsakte 'doodsoorzaak onbekend' invulde en daarmee de noodzaak voor sektie aangaf, werd het lichaam van de 20-jarige Frank Feldmann na zijn plotselinge dood op 31 januari 1986 niet onderzocht. In plaats daarvan verandert Kriminalkommissar P. in Ahaus de aangifte een dag later in: 'een vermoedelijk natuurlijke doodsoorzaak'. Deze kommissaris heeft tijdens zijn onderzoek in de Freiherr-vom-Stein-Kaserne van Feldmanns Meerderen geen woord gehoord over de CS-gas- oefening.
Uit de vage aangifte van een 'vermoedelijk natuurlijk dood' trekt het Münster Openbaar Ministerie de konklusie dat er geen aanknopingspunten zijn voor 'dood door schuld' en een dag na het overlijden wordt het lichaam vrijgegeven. Dat horen de ouders, Inge en Heinrich Feldmann uit Ahaus pas twee maanden later. Ze gaan hiertegen in beroep bij het Openbaar Ministerie. Het lijk van hun zoon wordt een half jaar na de begrafenis opgegraven en onderzocht. Het Openbaar Ministerie deelt de ouders mee dat de doodoorzaak nu niet meer vast te stellen is.
De Feldmanns gaan nu zelf naar getuigen zoeken, willen weten wat er op de dag van de dood gebeurde en richten zich met verzoekschriften en brieven tot de Bundeswehr. Ze lopen tegen een muur op. Ze wenden zich tot de parlementaire kommissie voor de Strijdkracht en worden aan het lijntje gehouden. Jarenlang. Uiteindelijk treden ze in de openbaarheid, verzamelen handtekening en Inge Feldmann demonstreert in Münster met een affiche met daarop haar dode zoon, nog in uniform. In juni 1990 stuurt het Ministerie van Defensie een aanklacht tegen Heinrich Feldmann aan de Kriminalpolizei: vanwege 'Gemeingefährlichkeit': gevaarlijk voor de openbare orde. Kripochef Ludger Stegemann: "Een bewuste poging de ouders van Feldmann te kriminaliseren."

Meer dan drie jaar duurt het tot het leger de moeite neemt de ouders te vertellen dat Frank Feldmann op de dag van zijn dood voor een 'Dichtheidsproef' van zijn gasmasker in de ABC-ruimte van de Freiherr-vom-Stein-Kaserne was en dat daarbij CS-gas ingezet werd. De Feldmanns komen ook pas dan te weten dat de Overste van hun zoon, de toenmalige sergeant-majoor intussen tot luitenant bevorderde Jörg S., dit tweeënhalve maand na Franks dood tijdens een dienstverhoor heeft gemeld.
"Voorgelogen en bedrogen hebben ze ons", zegt Heinrich Feldmann. Zomer vorig jaar diende hij tegen de voormalige Overste van zijn zoon een strafklacht in wegens het toebrengen van lichamelijk letsel met de dood als gevolg. Het Münster Openbaar Ministerie onderzoekt de zaak, hetzelfde OM dat Frank Feldmanns lijk zonder sektie vrijgaf.

Uit alle informatie die het echtpaar Feldmann de laatste vijf jaar moeizaam bijelkaar gesprokkeld heeft, komt het volgende beeld naar voren: Soldaat Frank Feldmann, sinds vier maanden dienstplichtig bij de 'Inzetopleidingskompagnie 11/I', krijgt op 31 januari 1986 in de Coesfelder Freiherr-vom-Stein-Kaserne het bevel tot een kennelijk als pesterij bedoelde en slordig uitgevoerde, in ieder geval overbodige gasmasker-oefening met CS-gas. Opheldering van de kwestie of Frank Feldmanns dood met deze CS-gas-oefening te maken heeft wordt door de betrokken militairen systematisch tegengewerkt.
Het 'onderzoeksverbaal' van het Ministerie van Defensie 'met betrekking tot de dood van de toenmalige soldaat Feldmann', waar de ouders in april 1990 beschikking over krijgen, gaat er van uit dat niet meer op te helderen is wat Feldman op die namiddag van 31 januari 1986 precies gedaan heeft in de kazerne. Een toenmalig kamergenoot, Stefan Mende, verklaart daarentegen dat Feldmann in de namiddag in de ABC-kamer moest en wel op bevel van sergeant- majoor Jörg S. Die vond de CS-gas-oefening voor Feldmann nodig als "opvoedkundige maatregel". Mendels verhaal wordt bevestigd door twee andere kamergenoten. Deze getuigen moesten door de Feldmanns zelf opgespoord worden. De Feldmanns vermoeden, dat Jörg S. hun zoon de ABC-kamer ingestuurd heeft om hem te pesten, na twaalf uur 's middags. Ex-kameraden bevestigen tegenover de ouders de gespannen verhouding tussen S. en hun zoon. Wat er op die 31ste januari precies gebeurde, is echter alleen aan de hand van de dienstroosters precies te rekonstrueren.
Volgens de in 1986 geldige voorschriften moet de dagdienstplanning van de Bundeswehr 3 jaar lang bewaard blijven. Echter, al in 1987 deelde de Coesfelder militaire politie en het OM desgevraagd mee dat er over 31 januari 1986 geen gegevens meer voorhanden waren.
Dan kan niet kloppen, verklaart de toenmalig ABC-sergeant van het 'Instandsetzungsbataillon'. Hij meldde zich pas in februari van dit jaar bij de Feldmanns, nadat hij in de krant een artikel las over deze zaak. Tot aan zijn ontslag in april 1988 waren alle dienstrooster van het ABC-Afweerafdeling beschikbaar. De ordners stonden in zijn kantoor. Bovendien zijn er van dienstroosters altijd meerdere kopiën.
Verder zei de ABC-sergeant: Bij een dichtheidsproef als opvoedkundige maatregel zijn er geen dienstroosters. Zo'n proef is namelijk ook volgens de voorschriften van de Bundeswehr ten strengste verboden. De sergeant, die op de dag van Feldmanns dood niet op de kazerne was, maar op kursus, vindt het raar dat ander personeel dat bij de proef aanwezig had moeten zijn, zoals bijv. Rode Kruissoldaten of de leiding van de oefening, nooit verhoord is.
Zo is nooit duidelijk geworden wie de leiding van de oefening had, op wiens bevel het plaatsvond en of het volgens de voorschriften gebeurd is. Het verbaal van het Ministerie van Defensie laat deze vragen inderdaad onbeantwoord.
Open blijft ook, waarom Frank Feldmann in tijdsbestek van vier maanden drie keer aan het gevaarlijke CS-gas blootgesteld werd. Niet alleen tijdens zijn basisopleiding in Rheine, maar ook nog op 2 januari 1986 moest hij een gasmaskerdichtheidsproef ondergaan. Aangezien hij voor zover valt na te gaan in de tussentijd geen nieuw gasmasker heeft gekregen, was er geen aanleiding voor de herhaalde proef op zijn sterfdag.
Ook het argument van de ouders, dat hun zoon ziek was en alleen al daarom niet in de ABC-ruimte gestuurd had mogen worden wordt ondanks duidelijke tegenstrijdigheden door de Bundeswehr van de hand gewezen.
Onmiddelijk na Feldmanns dood waren zijn Meerderen het er over eens dat de soldaat zich al dagenlang niet lekker voelde. Jörg S. beweerde toen zelfs dat hij de rekruut nog het geadviseerd had "de ziekenbarak op te zoeken."
In het verbaal van zijn verhoor twee maanden later verklaart S. het tegenovergestelde: gezondheidsproblemen bij Feldmann waren hem niet opgevallen. De soldaat zou met de CS-proef "geen problemen" gehad hebben.
De ondervragende Oberlieutnant komt helaas niet op het idee om de voordehandliggende vraag te stellen, waarom S. dan -volgens zijn eigen eerdere verklaring- Feldmann naar de ziekenbarak wou sturen. Deze vraag hoeft S. pas bij een nader intern Bundeswehr-verhoor te beantwoorden. En dan kan hij het zich niet meer herinneren. Wie het nog wel weet, is Stefan Mende, de toenmalige kamergenoot: "Frank was duidelijk verkouden en voelde zich niet goed. Hij vertelde me dat hij naar de ziekenbarak wilde gaan. Sergeant- majoor S. had hem dat echter verboden."
Niet alleen Feldmanns akute klachten maar ook zijn -al bij de keuring vastgestelde- verhoogde bloeddruk hadden gekontroleerd moeten worden: Beiden sluiten volgens de de Bundeswehr- dienstvoorschriften deelname aan ABC-oefeningen uit.
Tot deze konklusie komt ook Overste-arts Wohllehve bij het 1e Bundeswehrkorps in Münster. Hij heeft kritiek op het feit "dat bij de medische keuring van soldaat Feldmann en de aansluitende medische behandeling en verzorging op betreurenswaardige wijze de vastgestelde verhoogde bloeddruk niet verder opgehelderd werd." Volledig onbegrijpelijk is het voor Wohllebe vooral "vanuit medisch oogpunt" maar ook uit juridische overwegingen, dat er geen sektie verricht werd: "Ik bedoel, dat het een juridisch grondrecht zou moeten zijn, om in twijfelgevallen een zaak verder uit te zoeken.." .

De Bundeswehr wist wat ze deed toen ze voor de de toenmalige Officier van Justitie in Mnster verzweeg, dat Frank Feldmann enkele uren voor zijn dood in de ABC-ruimte gezet was. Had men dat destijds geweten, dan was, volgens de tegenwoordige OvJ, het lichaam niet vrijgegeven, maar was "naar alle waarschijnlijkheid de beslissing tot sektie gevallen." Daarover zegt het onderzoeksverbaal van het ministerie van Defensie: "Op deze beslissing van het Openbaar Ministerie heeft de Bundeswehr geen invloed."


Evel